TERUG

 

That’s what friends are fore …
Verslag ingestuurd door Gunter (Lidnr.01)

 

 

 

Niet om je hun duurste whisky te schenken, niet om je uit te nodigen omdat het nu eenmaal hun beurt is en zeker niet omdat het moet. Ik denk dat de meest filosofische “niet” voorwaarden zijn om een avondje samen door te brengen met vrienden.

Banden, gesmeed door gemeenschappelijke ervaringen in het verleden. Humor om honderden sitcoms op de Vlaamsche TV mee te vullen. Keer op keer moeten vast stellen dat het leven toch net iets aangenamer is met hun in de buurt. Gesprekken die nooit stil vallen en waar enkel de klok een einde aan kan maken met de stilzwijgende belofte: “tot de volgende”. Dat zijn enkele voor de hand liggende “wel” voorwaarden.

Daarom trokken we allen blij gemutst naar het huis van een vriend die ons uitgenodigd had voor een avondje muziek, whisky, levenswijsheid en een hapje. Natuurlijk blijft wat er gebeurt onder vrienden, onder vrienden, maar de geproefde whisky’s kan ik hier wel laten zien, denk ik.

 

 

 

 

Als binnenkomer kregen we al direct de krop in de keel. “Onze” Arran! Een Belgische botteling, gekozen tijdens de eerste master class van Louisa Young op het whisky festival in Gent. Lang, lang, lang geleden. Trots dat vele van onze namen het etiket sieren van deze Arran, die Jim Murray daarna uitgeroepen heeft tot beste whisky ter wereld. Dankzij onze gastheer kunnen we nu weer vaststellen dat we toen gelijk hadden! Die bananen … .

 

 

 

 

 

 

Iedereen mocht wat muziek meebrengen en alvorens het meegebracht beamertje en het boxje met het concertje van Loreena McKennitt in het Alahambra aan de slag mochten, werd er een ceedeetje van Leonard Cohen opgelegd.

 

 

 

 

 

 

 

Er mocht gekozen worden uit “de bar” en ik koos voor een Glen Ord van Malts of Scotland. 1999 gedistilleerd en gebotteld in 2010 op 54.4%. Ik heb de distilleerderij ooit bezocht en misschien zijn de verwachtingen bij elke fles Glen Ord daarom wat te hoog. Gelukkig zijn er zoals deze, die volmondig aantonen: “ yes we can!”. Schitterende Glen Ord.

 

 

 

 

 

 

De flessen volgen elkaar op en er wordt een stukje kaas gegeten. Gerijpte cheddar en dat mag je best letterlijk nemen. De doek rond de kaas is zo oud, dat wil je niet weten! De kaas is zo intens, dàt moet je proeven!

 

 

 

 

 

 

De Ardmore die erna geschonken wordt, kan hem echter aan. Het is dan ook een van de beste Ardmore’s die we ooit geproefd hebben. 1993 – 2009 van Gordon & MacPhail. Het ultieme bewijs maar weer eens dat rook en sterke kazen een mooi paar zijn.

 

 

 

 

 

 

Daarna loopt het wat uit de hand. Ondanks onze protesten staat de gastheer erop dat we een aantal whisky’s, door hem geselecteerd, proeven. Alsof hij ons tegen beter weten in wilde overtuigen dat “vroeger alles beter was”. Hij moet dat niet doen, daar hij samen met ons dat “vroeger” beleefd heeft, toen het nog “nu” was, met de redenering toentertijd: “Dit is verdomd lekkere whisky en later gaan we spijt hebben dat we die niet meer hebben”.

 

 

 

 

 

 

 

“Later” is dus nu en spijt kunnen we niet hebben daar “onze” geschiedenis terug onze glazen passeert (diep hé?!?). Enfin, zij die weten wat oude Glengoyne doet met een mens weten wat ik met het volgende bedoel:

-Glengoyne Vintage 1973 Single Cask  52%

-Glengoyne 37 years The Nectar of the Daily Drams  52%

-Glengoyne 1972 Malts of Scotland  52.8%

 

 

 

 

 

 

Alsof hij ons wilde overtuigen dat het nog beter kon worden, werd er een Glen Grant uit 1962 bijgehaald. Sherry gerijpt, of wat dacht je! Practisch een mirakel hoe die zachte spirit uit de stills van Glen Grant zich staande houdt na tientallen jaren rijping op een ex-oloroso vat. 40% en het summum van whisky genieten, dachten we …

 

 

 

 

 

 

… maar daar was hij dan! De ultieme Glendronach!

Bij de voorstelling op SITS, zoveel jaren geleden, de benen onder ’t lijf vandaan gelopen om kleine broer m’n glas te kunnen geven. Hij komt immers het beste tot z’n recht als je hem kunt delen. Nog niks van z’n magie prijs gegeven. 1972, 37 jaar oud en 54.8%. Ik weet best dat er “verschillende” versies zijn uit 1972, maar dit is ‘m. Ik weet het niet van de rest maar I’m not worthy. Zeker en vast. Spijtig dat ik overmand door emoties geen foto genomen heb van dit meesterwerk.

 

 

 

 

 

 

 

Hetzelfde gevoel had iedereen bij de laatste fles. BOEM! PAUKENSLAG!

Tijdens de avond was al reeds meerdere malen ter sprake gekomen hoe goed de Duncan Taylor bottelingen toch wel niet waren. Hun oude Glen Grants op sherry waren legendarisch lekker. Nu nam het gesprek weer die wending en werd er een fenomenale tasting uit dat verleden aangehaald met Bowmore. Ik, trots op m’n Bowmore Duncan Taylor van 36 jaar oud, werd van tafel geveegd door iemand met een 40 jarige van DT. Aah, the memories.

“Toevallig” had onze gastheer nu eentje voorzien van 37 jaar! WE ‘RE NOT WORTHY!! Die rijke grapefruit in de afdronk, dat vlezige in de neus. Kleine broer merkt terecht op dat veel “nieuwe” whiskyliefhebbers dit misschien niet zullen appreciëren omdat ze het niet herkennen. Deze Bowmore’s  zijn ondertussen uiterst zeldzaam en pokkeduur geworden. Ideaal om te delen met vrienden, toch?

Kleine broer herinnert zich dat we ooit een Bowmore gegeven hebben op een clubtasting, ook eentje van Duncan Taylor, 37 jaar oud en die had een overduidelijke groene kleur. Wacht eens even! We deden de grote lamp aan en … ’t was hem! Duidelijk een groene link met ons verleden!

 

 

Na een uitgebreid sushi buffet begon de klok zich in de gesprekken te mengen. Ons vervoer naar huis meldde zich aan en we moesten 1 vriend thuis achterlaten. Volledig uitgeteld, emotioneel en fysiek, sleepten de rest zich naar eigen woonsten, zeker wetende: “tot de volgende!”. 

 

 

TERUG